Voorbeelden van het gebruik van Daden in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Ecclesiastic
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Jouw daden hebben gevolgen voor anderen.
Positieve daden leiden tot geluk.
Het rechtvaardigt je daden niet.
Zondaars zullen boeten voor hun daden.
Ik bewonder z'n intellect, niet z'n daden.
Goeden daden blijven niet ongestraft.
Dat zijn daden gerechtvaardigd zijn.
En negatieve daden leiden tot ongeluk.
U kunt de daden van de Fransen niet dulden.
Als ik niet de daden doet van mijn vader,
Je zult boeten voor je daden.
Hoe Oedipus als straf voor zijn vreselijke daden zijn vader vermoord heeft.
Morgen zal ik mijn daden in ere afmaken.
Zij wedijveren in goede daden en zij zullen daarbij de eersten zijn.
Het zijn de daden van een jongen.
Z'n daden spreken voor zich.
Je daden waren dom en vol met gaten.
U moet uw daden met de stadswacht toelichten.
Wij hebben onze daden en jullie hebben jullie daden.
Hoe zit het met verantwoorden voor je daden in dit leven?