Voorbeelden van het gebruik van Echt fijn in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Het is echt fijn je te zien.
Het is echt fijn je weer te zien.
Het was echt fijn om je weer te zien.
Dat was echt fijn.
Dit was echt fijn.
En ik vond het niet echt fijn.
Ik vond het echt fijn om bij je te zijn.
Dit is echt fijn.- Dankjewel.
Ja, het is echt fijn.
Dit is echt fijn.
Het voelt echt fijn.
Dit was echt fijn.
Dat is echt fijn.
Maar het is echt fijn.
Echt fijn.- Wat is er?
Dat is echt fijn.
Vind je het echt fijn?
Het is echt fijn je te zien.
Het is echt fijn.
Het is echt fijn je weer te zien.