Voorbeelden van het gebruik van Hij roept in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
En hij roept iemand wiens naam begint met een A.
Hij roept en ijlt.
Hij roept hem, Sam. Meneer Frodo?
Hij roept zelf om hulp, springt naar buiten.
En hij roept hen toe.
Hij roept me, ik wil hem hebben.
Meneer Frodo? Hij roept hem, Sam!
Help… hij gaat me vermoorden. Hij roept.
Hij roept me in m'n dromen.
Hij roept om hulp. Mijn God.
Hij roept me weer.
Hij roept zijn volgers. Het is Grindelwald.
Hij roept om huIp. Mijn God.
Hij roept je, Kimba.- Is dat hem?
Hij roept iemand.
Hij roept de leden dan ook op om vóór de ontwerpresolutie te stemmen.
Hij roept Domitia III. Ze tekent op de pilaar.
En hij roept om hulp?
Hij roept hem, hij zorgt er voor.
Hij roept me aan.