Voorbeelden van het gebruik van Ben het in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hoofdcommessaris, ik ben het zat dat Lassiter ons behandeld als paria's.
Ik ben het zat om af te wachten.
Ik ben voor het donker terug.
Ik ben het.
Jij ben het die wegging.
Je ben het met hem eens?
Maar jij ben het?
Ik ben het daar mee eens.
Ik ben het.
Ben het eens- niet erg helder prospects.
Ik ben in het penthouse. Dan regelen we je betaling.
Ik ben het volledig met je eens.
Ik ben het laatste dat je ziet voor je sterft.
Ik ben het. Je moet me niet behandelen.
Ik ben het niet geweest. .
Zeg me wie ik moet zijn en ik ben het.
Ik ben het niet met je eens.
Ik ben het een beetje verleerd.
Ik ben het niet.
Nee, ik ben het echt gewoon.