Voorbeelden van het gebruik van Zit erop in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ons werk zit erop.
Het vragenuurtje van deze lezing zit erop.
M'n karwei zit erop.
Mijn tijd zit erop.
Zijn werk hier zit erop.
Mijn taak zit erop.
Jouw werk zit erop.
Maar uw taak zit erop.
Ons werk zit erop.
Je prachtige gevarieerde Nationale Parken Reis zit erop.
mijn missie zit erop.
Ons werk… zit erop.
Mijn nuttige tijd zit erop. Maar jij neemt 'n deel van me mee.
Generaal, mijn taak hier zit erop.
De eerste fase zit erop.
Een prikje in de vinger en uw bijdrage zit erop.
Ik zit erop als ik de vogels voer.
Ik zit erop.
Ons werk zit erop, Diebenkorn.
Wie zit erop?