WAREN HET - vertaling in Frans

• étaient
• ont
• il s'agissait
• etait-ce
• sont
• était
• étions
• avons
• a
• avaient

Voorbeelden van het gebruik van Waren het in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans

Streker nog, wij waren het die het hem afnamen.
En fait, nous sommes ceux qui la lui avons prise.

We waren het er allebei over eens
On est tombés d'accord pour dire

Jullie waren het dichtst bij.
Vous êtes les plus proches.

We waren het er allemaal over eens dat Valentino gestopt moest worden.
On est tous d'accord que Valentino doit être arrêté.

We waren het eens dat we het oneens zijn..
On est d'accord d'être en désaccord.

Wij waren het enige wat ze had.
On est tout ce qu'elle avait.

Gérard Araud, waren het geen gewone burgers.
le récit de l'Exode est non-historique.

Zo te zien waren het broertjes.
Ils avaient l'air d'être frères.

Waren het mensen van ECOBAN?
Était-ce Ecoban?

Waren het allemaal vrienden van hem?
Étaient-ils… tous ses amis?

Wie waren het?
Qui était-ce?

Waren het enkel jij en ik?
Il n'y avait que toi et moi?

Misschien waren het meer baby's zonder dat hij gezien is..
Il pourrait avoir pris plus de bébés sans être vu.

Waren het drugs?
Était-ce la drogue?

Waren het wesen?
Ils étaient Wesen?

Waren het wat?
Ils étaient quoi?

Dus waren het de Schumachers die Emma Pak die avond hoorde.
Donc c'étaient les Schumachers qu'Emma Pak avait entendu dans la maison cette nuit-là.

We waren het eens om het rustig aan te doen.
On s'était mis d'accord pour y aller doucement.

Hoeveel doden waren het?
Combien étaient-ils?

Eerst waren het de kinderen.
D'abord, ce fut les enfants.