Voorbeelden van het gebruik van Jouw vriend in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik had op dat ogenblik geen idee dat hij jouw vriend was.
Jouw vriend uit duizenden hoopt dat je van enorme problemen geniet. Alleen!
Ik vond jouw vriend nooit leuk… Mijn vader.
Wie is jouw vriend, Dylan?
Ik ben jouw vriend en ik doe alles om een vriend te helpen.
Seconden na jullie ontmoeting, brak hij de arm van jouw vriend.
Hij is jouw vriend! Ik ga de telefoon controleren.
Het spijt me van jouw vriend.
Zij is niet jouw vriend.
Bill… ik was jouw vriend, omdat ik er voor gekozen heb.
laten we zeggen… dat jouw vriend vermoord is.
Iedereen omringt je als geluk jouw vriend is.
Iedereen in deze familie is jouw vriend.
Is dat jouw vriend daar?
Ik ben hier als jouw vriend.
Hij is absoluut veilig. Jouw vriend.
Wist jouw vriend dat je zwanger was?
Maya was jouw vriend.
Nelson, bestaat er een kans dat ik jouw vriend kan zijn?
Hij is jouw vriend?