Voorbeelden van het gebruik van Onenigheid in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Er bestaat geen onenigheid over de waarden of doelstellingen zelf.
Onenigheid. De dood.
Er is onenigheid over het rechtmatige eigendom van de Roze Panter.
We hadden wat onenigheid, maar het is gelukt.
Onenigheid over een rekening.
Onenigheid tussen aandeelhouders in een entiteit met weinig aandeelhouders;
Op 'n dag hadden Mr Kabaka en ik onenigheid.
Want men heeft mij verteld dat er onenigheid onder u is.
We hebben toch ontelbare zaken gehad met onenigheid over 't ouderlijk gezag?
Ik wil geen onenigheid.
Alsof er nooit onenigheid is geweest.
Hij zet vier vijanden bij elkaar, gegarandeerde onenigheid.
Waar is de gelegenheid voor oppositie, voor onenigheid?
De oorzaken van onze onenigheid waren nogal grimmig.
Ze moeten in alle omstandigheden alert zijn en aanwezig zijn bij iedere onenigheid.
Een mier heeft geen onenigheid met een laars.
Wie oordeelt in geval van onenigheid?
Gerrold en Fontana stopten ermee na onenigheid met Roddenberry.
We weten dat er onenigheid was tussen jullie, fysieke woordenwisselingen.
Tussen de stammen was er ook onenigheid.