Voorbeelden van het gebruik van Was dat in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Misschien was dat het.
Was dat vandaag?
Wiens schuld was dat?
In 2013 was dat aantal gedaald naar 59 procent.
Was dat donder of muziek?
Zij was dat saucy brunette met het vrolijke, bleke geslachtsberoep.
Uiteindelijk was dat het leven wat ze kende.
Was dat normaal bij hem?
Was dat niet te verwachten?
Wie was dat?
Was dat de handel… naar de Federal Reserve?
In 2016 was dat aantal meer dan verdubbeld tot 1.591.
Zover als ik weet was dat het teken, oké?
Was dat de enige reden?
Dan was dat kapsel een slechte keuze.
En toen was dat voertuig, of die ziel, zelfbewust geworden.
Was dat het aftellen?
Wat was dat allemaal?
Was dat niet Otto?
Was dat de woensdagavond voor het ongeluk?