Voorbeelden van het gebruik van Bang in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik ben bang, Pierre. Ja, meneer.
Bang, Jij bent dood.
Ik was bang dat ik te laat zou zijn.
Ik ben bang dat professor Holloway het rooster overbelast.
Ik ben bang van webben, Stanley.
Ik ben bang van Lukas.
Bovendien, ik ben niet bang om het monster te ontmoeten.
Bang voor de koeien en al het andere vee.
Dat ik net zo bang en verloren ben als jij.
Denk je dat ik bang voor je, Howlyn?
Ik was bang dat het een tuin zou zijn.
Maar ik ben bang van overhaaste maatregelen.
Ik ben bang voor mijn moeder.- Waarom?
Ik ben bang voor Johnny.
Ik ben bang voor je, Fred.
En iedere… Creak, bang and boe, vergeten!
Ik ben steeds bang dat ze bij me weggaat.
Ik ben bang dat ik mijn kudde naar de slacht zal leiden.
Bent u bang dat ik Anna Koreff ben?
Ik ben gewoon bang voor de reis.