Voorbeelden van het gebruik van Fors in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Deze werklast is fors, foutgevoelig en duur.
Hij was fors en had een donkere teint.
De wereld is fors verandert sedert de introductie van de norm in 2005.
Fors goedkoper dan architectonische
De eierproductie is fors gestegen sinds de vogels een trui dragen.
De particuliere investering is het afgelopen jaar fors gedaald.
meningitis is fors gedaald.
Robotic lassen fors groeien in 2020.
In de grote traditie waren de zaken een beetje fors voor retailers.
Het is vrij fors.
kunnen de prijzen fors fluctueren.
De straat is opengebroken dus het geluidsoverlast was fors 's ochtends vroeg.
Als alternatief kan de overheid fors inperken haar uitgaven.
Ook de prijzen van taxi's zijn fors.
Malaria groeit opnieuw fors in Venezuela.
Kleermakersscharen zijn vrij fors.
Hoewel de wereldwijde handel in ruwe diamant fors steeg sinds het moeilijke 2015, is er wel
De warehousing activiteiten van Kamps waren fors toegenomen waarmee de behoefte aan betere sturing in het magazijn was ontstaan.
teneinde de maximumgehalten fors te verlagen.
Die is fors groter dan in de Swift(355 tegenover 211 liter)