Voorbeelden van het gebruik van On aura in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
On aura peut-être à le faire sauter.
On aura pas d'enfant, Tom.
On aura cet homme.
Mercredi, on aura un temps légèrement nuageux avec quelques éclaircies.
Op woensdag is het langere tijd deels bewolkt, deels ook zonnig.À partir de midi, on aura un temps partiellement à entièrement couvert.
Si on en parle, on aura des ennuis.
Dans la matinée, on aura un temps globalement ensoleillé.
On aura bientôt quelque chose.
We moeten binnenkort wat hebben.On aura des amis chaque vendredi.
We zullen iedere vrijdag vrienden op bezoek hebben.On aura Garza et les armes sans toi.
We pakken Garza en de wapens zelf wel.Mercredi, on aura un temps couvert avec de faibles pluies.
Op woensdag is het langere tijd bewolkt met lichte regen.Dans la nuit, on aura un temps très nuageux
In de komende nacht heerst er overwegend bewolkt,Super, on aura pas besoin de crick.
Handig, hoeven we geen krik.Si je dois ramasser ça, on aura tous des ennuis.
Als ik dat moet oppakken, zitten we allemaal in de problemen.Dans la matinée, on aura un ciel ensoleillé.
In de loop van de ochtend wordt het wolkeloos.Je sais qu'on aura l'occasion de travailler ensemble.
Ik weet dat we ooit zullen samenwerken.On aura les 55 premières de prêtes dans une heure.
We zullen de eerste van de 55 over een uurtje klaar hebben.À partir de midi, on aura un temps globalement ensoleillé.
Vanaf de middaguren heerst er vrij zonnig weer.Vendredi, on aura un temps nuageux avec de faibles chutes de neige.
Op vrijdag is het langere tijd wisselvallig met enkele regen- of sneeuwbuien.On aura notre tueur.
We pakken die moordenaar.
