BEZIG GEWEEST - vertaling in Duits

• gearbeitet
• zu tun
• beschäftigt gewesen
• gemacht
• dran

Voorbeelden van het gebruik van Bezig geweest in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

Ik ben een hele dag bezig geweest om ze uit te knippen. Schat.
Ich habe den ganzen Tag damit verbracht, sie auszuschneiden. Schatz.

Ik ben heel lang bezig geweest om de mensen ervan te overtuigen.
Ich habe lange Zeit versucht, die Leute davon zu überzeugen.

Ik ben veel te lang bezig geweest met Repel, omdat ik dat wilde.
Nur weil ich es so wollte. Ich versuchte viel zu lang, mit Rumpel zusammenzubleiben.

We zijn zo bezig geweest, ik ben bijna beschaamd om het te vragen.
Wir waren so abgelenkt, dass ich mich fast schäme zu fragen.

We waren drie uur bezig geweest met de hartklep.
Wir haben drei Stunden damit verbracht, die Herzklappe zu richten.

Hij is de hele ochtend bezig geweest met die gestoorde werknemer.
Er ist den ganzen Morgen schon mit diesem verrückten Mitarbeiter beschäftigt.

Zij zijn flink bezig geweest.
Sie sind ordentlich zur Sache gegangen.

Je bent bezig geweest.
Du hast dich damit beschäftigt.

Je bent de laatste acht uur bezig geweest deze man te folteren.
Sie haben die letzten acht Stunden damit verbracht, diesen Mann zu foltern.

Met iemand bezig geweest.
Etwas mit jemandem gehabt.

De afgelopen vijf maanden ben ik met de bruiloft bezig geweest.
Die ganzen letzten fünf Monate. Dann war ich mit der Hochzeit beschäftigt.

Ben ik elk moment van elke dag bezig geweest jou te leren kennen.
Habe ich jeden Moment eines jeden Tages damit verbracht, dich kennenzulernen.

Ik ben zo lang met ons bezig geweest.
Ich war so lange in uns verstrickt.

Daar ben ik dus mee bezig geweest.
Es tut mir so leid.

Jij bent nogal bezig geweest.
Du warst ein wenig beschäftigt.

Ik ben uren bezig geweest.
Ich hab stundenlang daran gearbeitet.

Nee, Adam en ik zijn bezig geweest Singer te vinden.
Nein, wir waren mit der Suche nach Singer beschäftigt.

Ik ben de hele nacht bezig geweest. Ik.
Ich habe die ganze Nacht recherchiert. Ich.

Hij is weer bezig geweest.
Er hat wieder zugeschlagen.

Is sheriff Mike weer bezig geweest?
Ist das wieder eine Sheriff Mike Sache?