GEBEURD - vertaling in Duits

• passiert
• geschehen
• zugestoßen
• vorgefallen
• geworden
• getan
• erledigt
• widerfahren
• vorgekommen
• ist
• stattgefunden
• erfolgt

Voorbeelden van het gebruik van Gebeurd in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

Maar er is niets gebeurd.
Es ist aber nichts vorgefallen.

Wacht. Wil je weten wat er gebeurd is?
Warte. Willst du wissen, was ich getan habe?

Laat me weten als het gebeurd is.
Lass mich wissen, wenn es erledigt ist.

Ik weet niet eens wat er met hem gebeurd is.
Ich weiß nicht mal, was ihm zugestoßen ist.

Het maakt niet uit hoe het is gebeurd.
Es ist egal, wie es passiert ist.

Wat is er in Boston gebeurd, Mickey?
Was ist in Boston geschehen, Mickey?

Wat er met Sara en Marion gebeurd is, is nog veel erger.
Was Sara und Marion widerfahren ist, ist weitaus schlimmer.

Ik wil nog steeds weten wat er met dat meisje gebeurd is.
Ich wüsste gerne, was aus dem Mädchen geworden ist.

Maar dat is nog nooit gebeurd.
Aber das ist noch nie vorgekommen.

Misschien is dat al gebeurd.
Vielleicht hat sie es schon getan.

Ik wil het hebben over wat er in de muziekzaal gebeurd is.
Ich möchte darüber sprechen, was im Musikzimmer vorgefallen ist.

Zeg me wat er met hen gebeurd is.
Erzähl mir, was ihnen zugestoßen ist.

Ja? Het is gebeurd.
Ja.- Ist erledigt.

Wil ik weten wat er gebeurd is met McCarthy?
Will ich wissen, was mit McCarthy geschehen ist?

Ik kan niet geloven, dat dit gebeurd is.
Unglaublich, dass das passiert ist.

Wat gebeurd er buiten?
Was ist da draußen los?

Heb je spijt van wat er met Heinz Richter gebeurd is?
Bereust du, was Heinz Richter widerfahren ist?

Zonde van wat er met hem gebeurd is.
Wirklich eine Schande, was aus ihm geworden ist.

Dit is eerder gebeurd.
Ist ja alles schon mal vorgekommen.

Er is niks gebeurd.
Nichts ist vorgefallen.